Held van September: Frans Ruczynski

Het artikel in de Bredase Bode geeft maar een beperkt overzicht van wat Frans vindt en denkt. Daarom hier aanvullende informatie. Tekst en Foto: Joyce van Zijl-Lak.

Frans Ruczynski is de zoon van een Poolse militair, die meevocht in de Eerste Poolse Pantserdivisie van Generaal Maczek.

Toen diens soldaten op het punt stonden Breda te bevrijden, besloot Maczek om de stad niet te beschieten, maar om infanteristen de stad in te sturen. Een bewuste keuze, om de stad en vooral ook zijn inwoners zo veel mogelijk te sparen. Belangrijk voor Breda, we hebben dankzij die beslissing nog veel oude gebouwen over.
Het is een van de zeer vele verhalen die Frans kent.  Het verhaal van de Poolse soldaten die zich na de demobilisatie over de hele wereld verspreidden ligt hem zeer na aan het hart.

‘Verhalen vertellen en herinneringen levend houden wilde ik niet alleen naar mijn vader toe doen, maar ook naar al die andere Polen die hebben geholpen om Europa te bevrijden van de nazi’s.
Omdat het front ongeveer een half jaar heeft stilgelegen na oktober 1944 en Maczek zijn soldaten onderbracht bij gezinnen en zijn er veel vriendschappen gesloten en natuurlijk ook romances ontstaan. Dat was een belangrijke reden voor veel Poolse soldaten om later naar Breda terug te komen. Ook mijn ouders hebben elkaar toen leren kennen.

Na de demobilisatie zag Polen er heel anders uit dan toen zij gevlucht of gedeporteerd waren. De grens was opgeschoven en het land viel binnen de invloedssfeer van de Russen. Vele van de 250.000 Poolse soldaten konden of wilden daarom niet terug naar Polen en vertrokken naar elders, ze zijn de hele wereld over gegaan. Degenen die in Breda waren ingekwartierd zijn voor een groot deel teruggekomen naar Breda. Maar er was hier helemaal niets. Geen geld, geen nazorg, geen taallessen – alleen eenvoudige banen.
Ze hebben hun leven helemaal opnieuw op moeten bouwen, ik vind dat zij vergeten overwinnaars, vergeten helden zijn. Er is enorm veel psychisch leed geweest, ik was misdienaar in de Poolse kerk en ging met de Poolse priester mee op bezoek bij mensen die krankzinnig geworden waren van wat ze allemaal hadden meegemaakt. Dat heeft enorm veel indruk op me gemaakt.

Mijn vader was een heel zachtaardig mens, hij kon zijn verhalen gelukkig ook met mij delen. Dat was voor veel anderen heel moeilijk, er was heel veel verborgen leed.
Ik ben er een van vijf kinderen, een van mijn broers is ook sterk betrokken bij deze geschiedenis. Ik merkte dat ook de kleinkinderen hun roots willen kennen. Wij zijn uiteindelijk met twintig familieleden naar Polen gereisd en werden daar onthaald door zo’n zeventig Poolse familieleden! Dat was zo bijzonder, de kinderen van de derde generatie hebben veel contacten gelegd. Dankzij de social media hebben ze nu heel makkelijk contact met elkaar.

En nu komen er nieuwe generaties Polen naar Nederland, zonder dat ze de geschiedenis van de Poolse bevrijders kennen. Ik heb een paper geschreven die uitgedeeld wordt aan Poolse werkers hier.  Zo leren zij dit verhaal ook kennen. Ik vind het heel belangrijk om verbindingen te leggen, tussen heden en verleden maar ook tussen Nederlanders en Polen. Dit deel van de geschiedenis is toch een beetje vergeten, ook door de huidige generatie Nederlanders. Wat meer erkentelijkheid mag best …

Gelukkig houdt mijn vrouw ook van geschiedenis. Zonder haar geweldige steun zou ik nooit zoveel tijd in bijvoorbeeld het Maczekmuseum hebben kunnen steken. Want ‘nee’ zeggen vind ik lastig. Ik probeer altijd iedereen te helpen.
Door al die jaren met dit onderwerp bezig te zijn maakt dat ik heel veel namen en geschiedenissen ken. Als iemand me dan vraagt of ik iets weet over zijn of haar vader of opa, ga ik dat uitzoeken. Ik zou heel graag de memoires van mijn vader vastleggen, maar dat zal er misschien nooit van komen. Ook mijn eigen verhaal wil ik nog eens opschrijven.  En hoewel het museum momenteel dicht is, gaat het achter de schermen gewoon door en heb ik het er nog steeds druk mee.
Ik geef lezingen en ben bezig met het Generaal Maczek Memorial, dat hopelijk in maart 2020 geopend kan worden. Daar komt een groot documentatiecentrum, waar onze geweldige vrijwilligers mensen kunnen helpen met het terugvinden van hun roots. Ook komen er wisselende exposities, dus ik heb nog genoeg te doen!
Maar het wordt volgend jaar wel tijd om terug te treden als voorzitter, want het kost al jaren ongeveer al mijn vrije uren. Ik wil wat meer tijd doorbrengen met mijn familie. Ik heb het geluk gehad dat wij geen al te grote tegenslagen hebben gehad in ons leven, ben meer dan vijftig jaar getrouwd met mijn fantastische vrouw, heb goede kinderen en prachtige kleinkinderen, dus ik geef mijn leven een dikke 9!”

Op de foto staat Frans Ruczynski naast een schilderij van de Poolse schilder Jan Sykora.